Wat betekent bråka in Zweeds?

Wat is de betekenis van het woord bråka in Zweeds? Het artikel legt de volledige betekenis uit, de uitspraak samen met tweetalige voorbeelden en instructies voor het gebruik van bråka in Zweeds.

Het woord bråka in Zweeds betekent blaten, mekkeren, kletteren, ruzie maken, bekvechten, ruziën, vervelend doen, ruzie maken, vechten, knokken, bakkeleien, blaten, mekkeren, raar doen, ruziën over, zich druk maken, ruziën, vechten, ruzie, discussie, stennis maken, klagen, zich misdragen, klieren, vechten om, knallen tegen, aanknallen tegen, ruzie maken, woorden hebben, een woordenwisseling hebben, iemand een standje geven, afzoenen, knokken met, ruziën met, ruziemaken met, ruziën met, ruziën met, kibbelen over, ruzie maken over, ruzie hebben over, in een ruzie verwikkeld raken, kibbelen met, ruzie maken met, ruziën met, ruzie hebben met, onenigheid hebben met. Raadpleeg de onderstaande details voor meer informatie.

Luister naar uitspraak

Betekenis van het woord bråka

blaten, mekkeren

(schaap)

kletteren

Klockan kraschade i golvet när den föll ner från väggen.

ruzie maken, bekvechten

Till och med nygifta par bråkar ibland.

ruziën

vervelend doen

(informeel)

Waarom gaan kinderen altijd pas als ze in het openbaar zijn vervelend doen?

ruzie maken

vechten

(verbalt, fysiskt)

knokken, bakkeleien

(informeel)

blaten, mekkeren

(schaap)

raar doen

(bildlig) (informeel)

De tv doet raar, maar ik denk dat er gewoon ergens een draad los zit.

ruziën over

zich druk maken

ruziën, vechten

(verbal eller fysisk)

ruzie, discussie

stennis maken, klagen

(informellt)

zich misdragen

klieren

(informeel)

vechten om

knallen tegen, aanknallen tegen

(informeel)

En full förare kraschade in i sidan av huset.

ruzie maken

Ze maakten ruzie over het feit dat hij de hele nacht weg was.

woorden hebben, een woordenwisseling hebben

Ik heb tegen mijn baas gezegd dat als hij mijn project blijft minder financieren, we woorden zullen hebben.

iemand een standje geven

Jouw vader zal je een standje even als je hem vertelt wat je gedaan hebt.

afzoenen

knokken met

(informeel)

ruziën met, ruziemaken met

(verbalt)

Hij heeft een slecht humeur omdat hij ruzie heeft gemaakt met zijn vrouw.

ruziën met

Wanneer hij teveel drinkt, ruziet hij altijd met zijn vrouw.

ruziën met

(fysiskt)

kibbelen over

(informeel)

ruzie maken over, ruzie hebben over

in een ruzie verwikkeld raken

kibbelen met

(informeel)

ruzie maken met, ruziën met, ruzie hebben met

Hon bråkar alltid med sin granne om oljud.

onenigheid hebben met

(vardagligt)

Laten we Zweeds leren

Dus nu je meer weet over de betekenis van bråka in Zweeds, kun je leren hoe je ze kunt gebruiken aan de hand van geselecteerde voorbeelden en hoe je lees ze. En vergeet niet om de verwante woorden die we voorstellen te leren. Onze website wordt voortdurend bijgewerkt met nieuwe woorden en nieuwe voorbeelden, zodat u de betekenissen van andere woorden die u niet kent, kunt opzoeken in Zweeds.

Ken je iets van Zweeds

Zweeds (Svenska) is een Noord-Germaanse taal, die als moedertaal wordt gesproken door 10,5 miljoen mensen die voornamelijk in Zweden en delen van Finland wonen. Zweedstaligen kunnen Noors en Deens verstaan. Zweeds is nauw verwant aan Deens en Noors, en meestal kan iedereen die een van beide verstaat, Zweeds begrijpen.